Skip to main content

Na bijna 38 weken stopte Jades hartje met kloppen. ‘Botte, afschuwelijke pech’

11 oktober 2022

‘Liever had ik dit verhaal niet verteld,’ zegt Paula Ruigrok uit Breezand. Met haar man Niek raakt ze in 2020 voor het eerst in verwachting. Creatief als ze allebei zijn, maken ze een mooi kamertje voor de kleine Jade. Paula is ruim 37 weken zwanger en alles is klaar voor hun meisje.

‘De zwangerschap verliep zorgeloos,’ vertelt Paula. ‘De twintigwekenecho was prima. Omdat we middenin de coronapandemie zaten, duurde het tot de zesendertigste week dat ik weer kon komen voor controle. Het zag er nog steeds prima uit. Jade was wel wat klein, maar ik ben zelf klein, dus de verloskundige had al eens gezegd: ‘Jij zult vast geen grote baby’s maken.’ Er was geen reden tot zorg.’

Minder beweging

Een dag later belde de verloskundige. Ze had het nog even besproken en voor de zekerheid wilden ze Jade toch even controleren. In het ziekenhuis werd alles nog eens gemeten. Alles was goed en Paula mocht over een week terugkomen.

De dag voordat ze opnieuw naar het ziekenhuis zou gaan, voelt Paula wat minder beweging dan anders, maar ze had begrepen dat dat vaker gebeurde als de bevalling aanstaande was.

‘Ik wil dat je nu je man belt’

Op 2 juni 2021 zette de klinisch verloskundige het echoapparaat op Paula’s buik. Het hoofdje zag er prima uit, maar toen ze naar het buikje van de baby keek, haalde ze het apparaat eraf en vroeg: ‘Paula, ben je hier alleen gekomen? Ik wil dat je nu je man belt.’

Paula: ‘Ik belde Niek en zei: ‘Je moet nu meteen komen.’ Ik hing weer op en pas toen vroeg ik: ‘Maar, is het niet goed dan?’ ‘Nee, het hartje klopt niet meer, je kindje is overleden.’ Ondertussen rende Niek naar boven met het idee dat ik werd ingeleid en dat we een kindje zouden gaan krijgen. Toen hij binnenkwam, vertelde ik hem dat Jade was overleden. Daarna was ik in shock. Ik kon niks meer zeggen en ik kon ook niet huilen.’

‘Ik kon niks meer zeggen en ik kon ook niet huilen.’

Levensgevaarlijk

Niek: ‘Toen ik zag dat Jades hartje niet meer klopte, stortte mijn wereld in. Huilen lukte niet. Het drong niet echt door. We kregen even de ruimte samen, maar al snel werd het wat zakelijk. Eigenlijk willen ze je dan zo snel mogelijk de deur uit hebben, zo voelde het. Het was levensgevaarlijk dat ik met Paula in de auto ben gestapt.’

Niek en Paula rijden naar Nieks ouders die al met pensioen zijn. Daar stappen ze in een wereld waar niemand in wil terechtkomen. ‘Je moet meteen van alles gaan regelen en een begrafenisondernemer bellen, maar je wilt het liefst onder de dekens kruipen en er nooit meer onder vandaan komen,’ vertelt Niek.

‘Trots en blij’

Een paar dagen later wordt de bevalling ingeleid. De klinisch verloskundige had gezegd: ‘Het klinkt misschien raar, maar het wordt ook een hele mooie ervaring dat je mag gaan bevallen.’ Paula: ‘Ik dacht echt: waar heb jij het in vredesnaam over. Ik was ook wel een beetje boos. Waarom zeg je dat? Mijn kind is dood. Hoe kan mijn bevalling nog iets moois zijn?

Toch had ze gelijk. Toen Jade werd geboren, durfde ik niet te kijken. Niek wel. Hij vertelde hoe ze eruit zag en daarna wilde ik haar ook wel zien. We hebben samen gekeken hoe mooi ze was. We waren vol trots en ook blij.

Het is nooit bekend geworden waar Jade aan is overleden. Paula’s placenta is onderzocht, er zijn röntgenfoto’s genomen, maar er is geen oorzaak gevonden. Het was een kans van 1 op tien miljoen: botte, afschuwelijke pech.

‘Ik wilde haar wel aan iedereen laten zien.’

Spijt

Paula en Niek zijn nauwelijks in staat om de dingen te regelen die gedaan moeten worden. Hun familie neemt veel dingen uit handen. Dat is fijn, maar daardoor gaan er soms ook dingen aan hen voorbij. Achteraf hebben ze wel spijt dat het zo is gegaan. Dat hadden ze graag anders gewild, maar ze beseffen ook dat ze op dat moment niet in staat waren om dat allemaal zelf te regelen.

Niek: ‘De begrafenisondernemer had weinig of geen ervaring met uitvaarten voor baby’s. Er werd nadruk gelegd op afscheid nemen, terwijl wij juist bezig waren met het verwelkomen van ons kindje. We waren trots en wilden haar laten zien. We hadden achteraf liever een speciale babyuitvaart willen hebben. Er zijn daar zoveel mogelijkheden voor en dan zouden we ook meer mooie herinneringen hebben. Dat hebben we achteraf gemist, maar ja, we hadden daar nooit over nagedacht.’

De ceremonie wordt gehouden in de buitentuin van het crematorium. ‘Dat was mooi,’ vertelt Paula. ‘Er waren ballonnen, roze tompouces, mooie liedjes en we hebben wat gezegd. In huis hebben we een mooi hoekje voor Jade. Er staan roze rozen en er brandt een kaarsje. Ze hoort bij ons en ze is zichtbaar deel van ons gezin.’

Schuldgevoel

Niek en Paula merken dat ze zich soms schuldig voelen over wat er allemaal is gebeurd. Niek: ‘Als je hoort dat er geen doodsoorzaak is gevonden, gaat er wel door je hoofd: hadden we Jade maar na 37 weken laten halen. Ik snap wel dat dat niet realistisch is, maar toch.’

Paula: ‘Waarom heb ik niet gemerkt dat Jade overleed in mijn eigen buik?

Naar het strand

Niek en Paula trekken veel met elkaar op in de tijd na het overlijden van Jade. Vaak gaan ze naar het strand. Niek legt uit: ‘De ruimte in je hoofd en je huis is heel klein, dus als we het even niet meer wisten… hop, naar het strand. Daar hadden we letterlijk de ruimte. We hebben veel gepraat en daardoor bleven we op één lijn. Soms moesten we even weer een stapje terug doen om weer bij elkaar te komen. Ik was al snel weer aan het werk en naar de sportschool, maar dat ging iets te snel, dus ben ik wat minder gaan werken om weer meer tijd bij Paula te zijn.’

Pappa’s rouwen ook

Niek: ‘Ergens dacht ik: ik sta hier helemaal alleen in. Maar toen kwam ik in contact met iemand die iets soortgelijks had meegemaakt. Toen bleek dat ik helemaal niet gek was. Dat het helemaal niet raar is als ik thuiskom en op de bank plof bij Paula en we allebei liggen te huilen. Ik bekeek de documentaire ‘Pappa’s rouwen ook’ en zag die mannen met elkaar praten over hun verlies. Daardoor kon ik mijn verhaal ernaast leggen en woorden geven aan mijn gevoelens.’

‘Ergens dacht ik: ik sta hier helemaal alleen in.’

Paula: ‘Drie maanden na het overlijden van Jade raakten we in verwachting van Noud en nadat hij was geboren, was ik even niet in staat om voor verse roze rozen te zorgen voor het plekje van Jade. Daar voelde ik me dan weer schuldig over. Nu Noud er was, ervaarde ik minder ruimte voor het stilstaan bij Jade. Dat vond ik wel heftig. Ik las later dat schuldgevoel voortkomt uit liefde. Dat helpt me om mezelf beter te begrijpen. Ik weet dat ik het verlies van Jade mezelf niet kan aanrekenen, maar het is wel pijnlijk.’